In deze blog neem ik je mee in mijn persoonlijke ervaring met autisme. Ik ben me er van bewust dat mijn brein net even anders werkt. Soms baal ik wel eens dat je niet kan zien dat mij iets veel moeilijker af gaat doordat mijn brein nou eenmaal op een andere manier werkt dan de meeste. Wat niet aan de buitenkant is te zien, levert mij vaak extra onbegrip door mijn omgeving op. Maar ook vertel ik hoe ik hier steeds beter mee om kan gaan en wat mij helpt.
Niet vanzelfsprekend
Op stage merk ik bijvoorbeeld heel erg goed dat ik op een andere manier denk. Ik loop stage als leerling verpleegkundige in het ziekenhuis. In het begin heb ik er ook expres voor gekozen om niet het woord autisme te benoemen tijdens het kennismakingsgesprek, bang dat er anders over mij wordt gedacht of bang dat mensen denken dat ik niet sociaal genoeg ben om verpleegkundige te worden. Dankjewel stigma. Ik ben hartstikke sociaal! Nee, waar ik last van heb is dat ik de informatie die binnenkomt net iets anders verwerk dan een neurotypisch persoon. Wat voor iemand anders heel vanzelfsprekend is, is voor mij een uitdaging. Maar ook andersom geeft autisme mij weer kwaliteiten waar iemand zonder autisme meer moeite voor moet doen.
Andere informatieverwerking
Zo vind ik het lastiger op stage als er mondeling uitleg wordt gegeven door sommige collega’s. Ik merk bij mezelf dat dit mij extra moeite kost omdat het verwerken van de informatie net wat intenser en hierdoor wat langzamer verloopt. Niet erg natuurlijk, maar het kost me net wat meer energie om het verhaal te volgen. Tegelijkertijd let ik ook op dat ik (non-)verbaal wel laat merken dat ik het begrijp. Ik weet van mijzelf namelijk dat ik soms wat anders uitstraal dan dat ik bedoel. Zo kan het zijn dat ik geen ja-knik tijdens een verhaal of zulke andere lichaam signalen afgeef. Dan kan het overkomen alsof ik het niet volg of niet snap, dat is dan niet zo. Ik ben gewoon nog bezig met het verwerken! Dit weet ik van mijzelf en daarom denk ik op de werkvloer vaak bewust even na over wat ik aan signalen uitstraal naar mijn omgeving. Ik ga er vanuit dat iemand zonder autisme hier minder last van heeft en hier vaak in mindere mate bewust mee bezig is. Dit is een voorbeeld van maskeren en kost extra energie. Tegenwoordig helpt het mij ook als ik dit van tevoren aangeef bij collega’s. Zo voorkom ik het onbegrip en voorkom ik dat ik extra mijn best moet doen om te laten weten dat ik het begrijp. Ik heb geleerd om mijzelf te (durven) uitspreken. Door te vertellen waar ik tegen aanloop maak ik het makkelijker voor mezelf. Mensen kunnen met mij mee denken en ik hoef het niet alleen te doen.
Prikkels
Ook merk ik dat alle geluiden en prikkels extra hard binnenkomen. Als ik met andere verpleegkundigen op het kantoor zit dan hoor ik nog van alles. De collega’s die overleggen op de achtergrond, piepjes uit de patiëntenkamer als een infuuspomp afgaat, fel licht van het computerscherm naast mij etc. al deze prikkels kan ik mij minder goed voor afsluiten dan iemand zonder autisme. Het positieve aan het niet kunnen filteren is dat ik alles mee krijg, mijn kwaliteit is dat ik snel opmerk als een situatie veranderd. Heel handig als ik bijvoorbeeld de conditie van een patiënt in de gaten moet houden. Ook krijg ik alle geluiden mee. Dit kan positief zijn, maar ook extra vermoeiend zijn. Ik probeer hier oplossingen voor te zoeken. Zo gebruik ik soms geluiddempende oordopjes op kantoor, maar vaak gaat dit ook even niet. Ik vind dat spannend omdat het niet volgens de norm is.. ik betrap mezelf dat ik bang ben wat anderen hiervan gaan vinden.
Ik vind het werk wel leuk, daarom doe ik het ook. Maar ik merk toch aan het eind van de dag dat ik behoefte heb aan rust. Geen lawaai om mij heen, niet meer praten maar even opladen. Mijn energietank gaat veel sneller leeg dan bij andere collega’s. Ik probeer het te accepteren, maar dat is soms nog lastig. Ik merk wel dat je kan wennen aan dezelfde prikkels. In de eerste weken van stage was ik kápot. Ik zag echt niet in hoe ik dit 20 weken moest volhouden! Maar gelukkig, de nieuwe situatie went. De nieuwe prikkels waren in het begin overweldigend, maar na elke week werden ze iets minder sterk waardoor ik steeds meer energie overhield. Maar nog steeds heb ik energietekort. Nog steeds is het ontzettend zwaar. Ik denk dat dit voor iedereen geldt die aan een nieuwe baan of stageplek begint, maar voor mensen met autisme is het net even wat heftiger. Juist omdat je al gevoelig bent voor prikkels. Ook dit gaf ik aan bij mijn stagebegeleiders. Ik vertelde dat ik sneller vermoeid ben door de prikkels. Ik heb fijne collega’s en hier hadden ze begrip voor. Samen werd gekeken wat ik nodig had om soms even te kunnen ontprikkelen.
Onbegrip
Ik vind het jammer dat ik soms onbegrip ervaar wat wordt veroorzaak doordat mijn hersenen anders werken. Als ik bijvoorbeeld zeg dat de stagedag vermoeiend was, hoor ik :‘Ja heb ik ook’ van mijn omgeving. Maar als ik zeg: ‘ik ben moe’ dan bedoel ik ook echt MOE. Ik kan in de avond na stage alleen nog maar in een prikkelarme omgeving zitten zonder geluid en zonder fel licht. Leuke dingen doen zoals sporten, afspreken met vriendinnen zit er niet meer in. Ter illustratie, soms is het zo heftig dat ik niet eens meer een filmpje kan kijken omdat het geluid te veel energie kost. Ik kan soms niet meer aan tafel samen avondeten omdat het geluid van het bestek door een huisgenoot te veel lawaai maakt. Dan eet ik maar in mijn eigen kamer. Ik denk dat dit voor sommige mensen lastig te begrijpen is als je het zelf niet zo ervaart. Dit is ook de reden dat ik via de examencommissie via mijn opleiding een speciale voorziening heb geregeld. Ik mag gelukkig drie dagen per week in plaats van vier dagen stage lopen. Anders zou ik helemaal geen energie meer overhebben.
Volg je eigen weg
Ik vind het eerlijk gezegd soms ook nog wel lastig te accepteren dat het eenmaal zo is. Ik kies hier toch niet voor? Waarom moet het nou zo moeilijk zijn soms? En wat het dan nog lastiger maakt is het uitleggen aan je omgeving. Kijk, als je een been hebt gebroken en hierdoor in het gips zit, is het makkelijk. Iedereen snapt dat je hierdoor moeilijker kan lopen. Maar hoe leg je uit wat er in je hoofd gebeurd en hoe het bij jou werkt? Dat is super complex. En helaas is het niet altijd zichtbaar. Hierdoor trekken mensen soms verkeerde conclusies en dat vind ik jammer. Maar ik probeer altijd te onthouden dat ik zelf in de hand heb hoe ik hiermee omga, plus dat het belangrijk is dat ik alles waar ik tegenaanloop uitspreek! Dan hoef je het niet meer alleen te doen. Daarbij maakt het niet uit wat mensen denken. Het gaat er om dat ik doe waar ik blij van word. Zo word ik blij van stage lopen op deze afdeling en vind ik het interessant. Daarom volg ik mijn eigen weg. Een andere weg gaat ook.
Hoe knap is het dat je ondanks autisme toch deze dingen doet? En wat zegt dat over jou?
Lieve groetjes,
Michelle
Eén reactie
Hoi Michelle, mooi artikel heb je geschreven! Herken me er erg in, als anderen op stage zeggen; ik ben ook wel moe na een stagedag, maar dat het bij mij dan echt extreem moe is, als ik een volle stagedag heb gehad. Dat is dan niet altijd van de buitenkant te zien inderdaad. Gelukkig is mijn stagebegeleider heel open als ik ergens tegenaan loop, hoop voor jou dat dat ook zo is!